Naar aanleiding van een rechtszaak over patenten wordt
duidelijk dat Apple al vóór 2004 bezig was met het ontwikkelen van de iPad.
Tijdens de rechtszaak worden een aantal foto’s getoond van het prototype. Dit
prototype is dikker dan de iPad die in 2010 gelanceerd werd; het heeft ronde
hoeken en het logo van Apple ontbreekt niet. In de rechtszaak wordt aangetoond
dat Apple bezig was met de iPad, maar de ontwikkeling ervan stop zetten ten
faveure van de iPhone.
De ontwikkeling van de iPad past in het geheel van de
tabletontwikkeling. Deze was reeds ruim vóór 2004 aan de gang. Het enige
verschil was dat de nadruk van de prototypen van de elektronische tabletten, die vanaf 1990
werden ontwikkeld, meer op de applicaties lag dan op de telecommunicatie.Tabletten zijn al oud, althans de kleitabletten met spijkerschrift in Babylonië. Andere vormen hiervan zijn de papyrus handschriften in Egypte. De westerse wereld ontwikkelde handgeschreven boeken een verzameling van pagina’s, die eigenlijk een verzameling van leesplankjes vertegenwoordigen. Vanaf Gutenberg ontstaat het boek de definitieve vorm van het boek. Daarnaast worden met name in het onderwijs, maar ook in winkels bordjes en leesplankjes gebruikt.
Het eerste ontwerp dat leek op een tablet of e-reader werd in 1968 op papier gezet door Alan Kay. Voortbordurend op zijn eerste schets ontwikkelde hij in 1972 het prototype Dynabook als een personal computer voor kinderen van alle leeftijden. Het was duidelijk een voorbeeld voor de tablet en de e-reader.
Kleine elektronische tabletten verschenen in de vorm van Personal Digital Assistants (PDA) eind van de jaren tachtig. Apple bracht de Newton op de markt. Op het tablet konden in handschrift notities worden aangebracht; de technologie was te vroeg en niet uitontwikkeld. Daarna kwam HP bijvoorbeeld met de PDA.
Vanuit de uitgeefindustrie ontstaat er in de twintigste eeuw behoefte aan een elektronisch leesplankje voor boeken enerzijds en kranten anderzijds. De ontwikkeling van een tablet voor boeken kwam via Sony die in 1991 naar het voorbeeld van de draagbare Walkman de Datadiscman lanceerde, een e-reader met een mini-disk van 200MB (zie foto: © Jak Boumans Collection, 2011). Dat was de eerste golf van de e-reader. De Datadiscman werd geen succes en ook de e-boeken niet. Het apparaat was te zwaar, de levensduur van de batterijen te kort en het scherm te klein en onrustig om te lezen. In maart 1994 werd de Datadiskman door Sony in Nederland uitgebracht met een aantal naslagwerken (bijv. Van Dale woordenboeken E-N, N-E; Standaard Het Juiste Woord).
Aan de kant van de kranten werd gewerkt aan een elektronische
krant. Xerox en IBM zochten het in oprolbaar digitaal papier. Onderzoeker en
journalist Roger Fiddler kreeg in 1992 de kans om in het Knight Ridder
Laboratory om een prototype van een elektronische krant te maken op een tablet.
In 1995 reisde hij de hele wereld rond met zijn verhaal en een prototype. Als
grootste handicaps zag hij de leesbaarheid van het scherm en de grootte van het
tablet.
Maar intussen was internet bezig aan een opmars en werd
aanvankelijk gezien als een aflevernetwerk. Dat betekende dus dat boeken en
kranten konden worden afgeleverd via het worldwide web. Men keek dus naar twee
oplossingen: voor de elektronische krant en het e-book. En plotseling doken
daar de voorlopers van de tabletten op zoals de e-Rockets. Dit apparaat won het
van de Sony Data Diskman op punten: draagbaarheid, langer battterijleven, maar
nog steeds geen geweldig leescomfort van het LCD scherm. Intussen had Knight
Ridder de laboratoriumwerkzaamheden ten aanzien van de electronic tablet voor
kranten stilgelegd.
Toch was de computerhardware industrie intussen ook bezig
met het ontwikkelen van tabletten. HP was groot geworden in Personal Digital
Assistants voor de professionele sector en onderzocht de
uitbreidingsmogelijkheden hiervan naar tabletachtige computers. Daarentegen
zocht de telefoonfabrikant ook naar tabletmogelijkheden, maar meer vanuit de
telecomhoek. Het bedrijf had de Communicator geproduceerd, een mobiele telefoon
met een schermpje. Maar het bedrijf wilde meer en het Amerikaanse laboratorium
studeerde op een tablet voor games, muziek en elektronische boeken. In 2000 was
er een prototype in omloop van een kleine 7 inch handzame tablet. De
ontwikkeling werd in het kader van de economische dip, die na 2000 volgde,
stilgelegd om in op 25 mei 2005 met de Nokia 770 op de markt te verschijnen, zij het met
weinig succes.
Een jaar daarna in 2006 verscheen de eerste e-reader met digitaal papier op de markt, de Iliad van iRex (zie foto: © Jak Boumans Collection, 2011)
en een e-reader van Sony. Een superieur leesscherm voor boeken., maar de e-reader was beperkt tot download mode, gebruiken. Mede door de Kindle e-reader van Amazon werd de e–reader tablet geaccepteerd en begonnen uitgeverijen e-boeken serieuzer te nemen.
Intussen bleven Apple en hardwarebedrijven werken aan de
iPad en de tabletten. LCD schermen werden verfijnd en
telecommunicatiemogelijkheden werden voorbereid. Het tablet werd dus niet
alleen een persoonlijk amusementscentrum voor tekst, beeld en geluid, maar werd
de draagbare vervanger van de PC en
uiteindelijk ook van de telefoon. De integratie van de PC en mobiele telefoon
kreeg hierdoor gestalte. De tablet stond op het punt om het intelligente
elektronische leesplankje te worden; enerzijds een boekenbibliotheek, een
krantenportfolio, een muziekverzameling en een filmbibliotheek, maar anderzijds
een kantoortool en tool voor social media.
Wat is de toekomst van de e-reader en het tablet. De twee
apparaten zullen naar elkaar groeien. Daarbij is het scherm het cruciale punt.
Digitaal papier van e-inkt heeft het voordeel dat het een rustig leesbeeld
heeft, dat door de boekenlezers gewaardeerd wordt. Maar het heeft een aantal
nadelen: het is zwart/wit, kan ’s avonds niet met back light gelezen worden en
werkt niet vloeiend met internet en
video’s. De LCD schermen van de tablets zijn aanzienlijk verbeterd in de
laatste jaren, maar ze blijven een onrustig leesbeeld geven. Digitaal papier
zal dan ook meer kleurig moeten worden en vloeiend kunnen werken met internet
en video. Voor tablets worden bestaande schermtechnieken verfijnd, maar niet
substantieel verbeterd. Het bedrijf Liquavista wijst met de aquawetting
technologie naar de toekomst. Het heeft het rustige leescomfort van e-ink, maar
heeft kleuren aan boord en werkt vloeiend met internet en video. Het bedrijf is
vorig jaar gekocht door Samsung en het wachten is nu op de eerste tablet met
dit nieuwe scherm.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten